zaterdag 22 augustus 2020

J.J. Voskuil: een voetnoot bij Nicolaas van Wijk

J.J. VOSKUIL: EEN VOETNOOT BIJ NICOLAAS VAN WIJK 

In de biografie Vader van de slavistiek (2005) portretteer ik de slavist Nicolaas van Wijk (1880-1941) als een milde man die zijn ongeëvenaarde werkkracht en inventiviteit koppelde aan een zoeken naar consensus met zijn collega's. Veel aandacht is besteed (pp. 274-276) aan een gedicht over Van Wijk van Muus Jacobse (K.H. Heeroma) dat is opgedragen aan de neerlandicus en volkskundige P.J. Meertens. Meertens is vooral bekend als Anton Beerta, een sleutelfiguur in de romancyclus Het Bureau van J.J. Voskuil. 

Heel graag had ik in de biografie verwezen naar een passage die ik zojuist vind in Het Bureau waarin Beerta Van Wijk noemt als voorbeeld van iemand die heetgebakerde collega's opriep consensus te zoeken. Beerta verwijt Maarten Koning dat hij veel te fel reageert. Maarten zegt dat er geen sprake van felheid is, maar dat hij alleen geen zin heeft om met zich te laten sollen. Hierop verklaart Beerta: ‘Ach, laten sollen. Zo praatte ik vroeger ook, maar toen heeft Van Wijk me een keer bij zich geroepen en gezegd: Je moet niet zo fel zijn, jongen. Je moet leren te nemen. – Dat heb ik geleerd en dat zul jij ook nog wel leren.’ (J.J. Voskuil, Het Bureau, 3. Plankton (Amsterdam: G.A. van Oorschot, 1997), p. 604).