Sinds de Van Oorschot-uitgave van het driedelige Verzameld werk (2008) geeft J.M.A.
Biesheuvel (1939) zijn spaarzame nieuwe werk meestal bibliofiel uit bij de
Avalon Pers van Jan Keijser. De pers opereert in de luwte: zelfs op de website
van Drukwerk in de Marge staan de uitgaven niet aangekondigd. Meestal gaat het bij
Biesheuvel om dunne boekjes maar met Zwanezang
verscheen een vrij substantiële bundel
van verhalen en ‘kantlijnverhaaltjes’ die in de jaren 2013-2016 in Hollands Maandblad stonden. Volgens een
mededeling van de uitgever had het kantlijngedicht ‘John P. en ik’, over Biesheuvels
vriendschap met anglist John Peereboom (1924-2010), ook in het boekje gemoeten,
maar ontving hij de tekst toen alles al bij de binder was. Zo kregen we een
gebonden bundel en een dun supplement. Een deel van de exemplaren van Zwanezang is wegens ziekte van
Biesheuvel getekend door zijn vrouw Eva aan wie het boekje is opgedragen. Biesheuvel
schittert vanouds in het verhaal ‘Sisyphus’
waarin het leven tot een kafkaëske parabel is gereduceerd. De ik-persoon moet in
een onbewoonde wereld schapen binnen een afrastering brengen en krijgt eten van
een onbekende die steeds weer de afrastering openzet: ‘Iemand – wie? een kennis,
een vriend, mijn vader? – helpt mij en werkt mij tegelijk tegen. [...] In mijn
droom zag ik de man die me eten bracht en het hek opende en dichtdeed. Het was
inderdaad mijn vader!’
| Eerder verschenen in de rubriek 'Schoon & haaks', De Parelduiker 22 (2017), nr. 1, p. 69.