zondag 18 november 2012

De bibliotheek van Nicolaas van Wijk

LEGAAT VAN WIJK REVISITED



Nicolaas van Wijk en Derk Jan Kruijtbosch (1883-1954)
en diens gezin, Zierikzee, zomer 1922.

Foto © Collectie Jan Paul Hinrichs
In de Leidse Universiteitsbibliotheek bevindt zich het archief van Nicolaas van Wijk (1880-1941), de eerste Leidse hoogleraar in de Balto-Slavische talen. Generaties slavisten hebben met teleurstelling kunnen constateren dat er zich bitter weinig correspondentie bevindt in dit archief. We leren uit Van Wijks aantekeningenschriften en fichiers (UBL BPL 3163 t/m 3172) weinig over het enorme netwerk aan contacten dat hij in Oost-Europa had opgebouwd. De vraag is: zouden Van Wijks nagelaten boeken hier nog enig licht op kunnen laten schijnen?
     De boekerij van Nicolaas van Wijk is een van de grootste legaten die de Universiteitsbibliotheek Leiden ooit ontving. Verslagen uit 1941 spreken van ongeveer zevenduizend boekdelen. Er zaten veel meerdelige werken bij, zodat het aantal titels fors lager ligt. Boeken op het gebied van de slavistiek werden na catalogisering voorzien van signatuur ‘SL.’ In het magazijn staan deze negentig meter boeken in dertien kasten bij elkaar onder de signaturen SL. 1 t/m 2842 en 3135 t/m 3137 (SL. 2843 t/m 3134 betreffen boeken uit het Legaat Mr. A.J.A. van Son uit 1945 die bij Van Wijks boeken zijn geplaatst). Voor 1941 had de UB vrijwel niets op het gebied van de slavistiek. Nu bezat zij ineens een hoogwaardige en zeer actuele collectie, die na de oorlog grootschalig kon worden uitgebreid.
     Via de U-CAT, de Leidse bibliotheekcatalogus, zijn de met signatuur SL. voorziene titels terug te vinden en aan te vragen. Een compleet overzicht van het legaat krijgt men zo niet. Op de Slavische studiezaal staat namelijk een groot aantal boeken uit Van Wijks bezit die zijn voorzien van een studiezaalsignatuur. Men ontdekt ze door in oudere banden op zoek te gaan naar het ex libris ‘Legaat Prof.Dr. N. van Wijk 1941’. Daarnaast is een aantal Slavische titels verspreid in het magazijn terechtgekomen. Zo vindt men een Tsjechische vertaling van Herman de Mans Het wassende water onder het signatuur SL., maar heeft een Tsjechische vertaling van Frederik van Eedens Johannes Viator een ‘gewoon’ magazijnsignatuur.
     Boeken uit het legaat die met slavistiek niets te maken hebben, zijn ook verspreid in het magazijn geplaatst. Zoeken daarnaar lijkt onbegonnen werk, maar een leidraad biedt  nieuwe boeken en varia: catalogus van nieuwe aanwinsten en opnieuw gecatalogiseerd oud bezit, aangevangen door Pieter Anton Tiele: loodzware boekwerken waarin van 1868 tot 1966 in volgorde van catalogisering alle titelbeschrijvingen zijn geplakt die waren opgenomen in de oude gedrukte catalogus, de zogenaamde Leidse boekjes. Zo vertelt het steeds van data voorziene plakwerk uit de oorlogsjaren dat de eerste titels uit het legaat Van Wijk al op 5 augustus 1941, enkele maanden na Van Wijk dood, zijn gecatalogiseerd. Dat het hier om boeken van Van Wijk gaat, blijkt niet uit de titelbeschrijvingen, maar uit zoekacties die men aan de hand daarvan kan ondernemen: bijvoorbeeld door plaktitels over Indo-Europese taalwetenschap aan te vragen waarvan men kan vermoeden dat Van Wijk ze bezat. Dankzij de plaktitels zijn gemakkelijk enige tientallen niet-Slavische titels met het ex libris van legaat Van Wijk te achterhalen. Alles bij elkaar heb ik op diverse plaatsen ook ca. 170 boeken met auteursopdrachten aan Van Wijk aangetroffen. Achteraf kan men wel betreuren dat het legaat indertijd niet bij elkaar is gehouden. Maar in 1941 had men wel wat anders aan het hoofd dan te denken aan de belangen van een toekomstig biograaf.
     Een bijzonder geval is SL. 3136. Onder deze signatuur vindt men veertien portefeuilles met allerlei materiaal over de Slavische wereld dat niet apart is gecatalogiseerd. Het gaat daarbij om krantenknipsels, losse tijdschriftnummers en allerlei brochures, folders en studieprogramma’s die Van Wijk kennelijk vooral van buitenlandse reizen had meegenomen. Deze stukken zijn op land geordend (Tsjecho-Slowakije, Bulgarije, enz.). In enkele ‘algemene’ portefeuilles zijn om onduidelijke redenen ook stukken geplaatst die vlak na de oorlog op de UB ontvangen zijn en waarmee men kennelijk geen raad wist. Zo bevindt zich tussen Van Wijk spullen ook een brochure over de Argentijnse economie uit 1947.
     In de buurt van deze portefeuilles trof ik in het gesloten magazijn twee schriften aan die afkomstig zijn van Wils Huisman (1914-1979), een oud-studente van Van Wijk die na de oorlog de eerste vakreferent voor slavistiek aan de UB was. Op deze schriften, die geen stempels of barcodes bevatten en vermoedelijk nooit onder de ogen van een lener zijn gekomen, staat het signatuur SL. 3136 geschreven. Dat is misleidend, want de schriften bevatten de alfabetische lijst van overdrukken uit het bezit van Van Wijk die in de Leidse overdrukkencollectie zijn opgenomen. De titels van deze overdrukken vindt men in de zelden geraadpleegde ‘groene’ boekjes van de overdrukkencatalogus, een van de laatste restanten van de Leidse boekjes die te raadplegen is in de Noordhal van de UB. Daar is de herkomst niet uit de beschrijving op te maken. Maar via de schriften kan men dus wel te weten komen welke overdrukken uit Van Wijks bezit stammen.
     De schriften blijken geen complete beschrijving van Van Wijks overdrukken te bevatten. Zo zijn geen overdrukken van Nikolaj Trubeckoj vermeld, de befaamde Russische taalkundige uit Wenen die met Van Wijk correspondeerde. Er staan echter wel Trubeckoj-overdrukken in de boekjes van de overdrukkencatalogus. Bij aanvraag krijgt men dan overdrukken met opdrachten van Trubeckoj aan Van Wijk. Andermaal valt dan te betreuren dat in 1914 niet alle overdrukken bij elkaar zijn geplaatst, zoals dat in het UB-magazijn wel is gebeurd met materiaal van twee bekende personen uit Van Wijks biografie, de neerlandicus J. verdam en de KB-bibliothecaris W.G.C. Bijvanck.
    De overdrukkencatalogus bevat ook meer dan honderd titels van artikelen van Van Wijk zelf. Op deze manier konden heel gemakkelijk twee perifeer verschenen artikelen van Van Wijk worden achterhaald die in de bibliografieën van zijn werk uit 1942 en 1988 ontbreken. Niemand zou op het idee komen naar Van Wijks artikelen te zoeken in jaargangen van het classiciblad Hermeneus of in Asiakirjoja yliopistoasioissa, een mededelingenblad van de universiteit van Helsinki, maar onze overdrukkencatalogus bood de titels op een verborgen plekje al decennia aan. De Leidse boekjes en de plakboeken die de titels daaruit bevatten, kunnen dus ook in ons digitale tijdperk heel nuttig zijn.
     Het Legaat Van Wijk bleek uiteindelijk veel groter en gevarieerder te zijn dan ik lange tijd gedacht had. Voor het gemak van de lener zijn de in geen enkele catalogus vermelde schriften van Wils Huisman onlangs overgeplaatst naar de handschriftencollectie van Van Wijk waar ze onder signatuur BPL 3172 nu voor iedereen zijn in te zien. Juist omdat Van Wijk zelf maar weinig correspondentie heeft nagelaten, zijn deze schriften belangrijk voor een onderzoek naar zijn netwerk in Oost-Europa en de wereld van de slavistiek. Uiteindelijk kunnen de overdrukken én de opdrachtexemplaren uit zijn bibliotheek weer leiden naar brieven van Van Wijk die in buitenlandse bibliotheken worden bewaard. En daar kan het onderzoekers eigenlijk om te doen zijn.

Jan Paul Hinrichs

| Eerder verschenen in Omslag. Bulletin van de Universiteitsbibliotheek en het Scaliger Instituut 3 (2005), No. 3, pp. 10-11.
_________________________________________
| Klik op het label hieronder voor een overzicht van meer berichten over Nicolaas van Wijk op deze blog.