M.C. ESCHER EN SAMUEL JESSURUN DE MESQUITA
De Avalon Pers van Jan Keijser geeft al decennia Nederlandse
auteurs bibliofiel uit: bekende en onbekende namen. Geerten Meijsing is regelmatig
van de partij, net als J.M.A. Biesheuvel van wie nu Lieve Suus, beste Maarten uitkomt, een rede voor intimi bij de
kiellegging van de Lemmer aak Maarten B. op 19 mei 1989. Ook grafische kunst
heeft een nisje in het omvangrijke fonds, waarvan je nog altijd uitgaven
tegenkomt die in geen Nederlandse bibliotheek aanwezig zijn. Willem Keizer
documenteert in Eschers redding de rol
van graficus M.C. Escher (1898-1972) bij de redding van de prenten van zijn in Auschwitz vermoorde
leermeester Samuel Jessurun de Mesquita (1868-1944). Op de Haarlemse School
voor Bouwkunde, Versierende Kunsten en Kunstambachten was De Mesquita van 1920
tot 1922 Eschers leraar grafische vakken. Tot 1944 bleef hij hem opzoeken in zijn
huis in de Watergraafsmeer. Keizer publiceert de uitvoerige brief van Escher aan
graficus J.M. Prange waarin hij vlak na de bevrijding verslag doet van zijn
bezoeken. De laatste keer zag hij De Mesquita in januari 1944. Zijn zoon Jaap was
‘toen nog steeds hoopvol gestemd omtrent hun lot als Portugeesche joden’. Vier
weken later vond Escher ‘het huis verlaten, de voordeur open, de ramen
ingeslagen’. Hij klom naar het atelier: ‘honderden grafische prenten lagen over
de vloer, gescheurd en vertrapt ten dele. In 5 minuten tijd raapte ik (mijn
hart bonsde in mijn keel) bijeen wat ik kon.’ Escher was net op tijd want de
volgende dag werd het appartement onder Duitse leiding leeggehaald. Keizer gaat
ervan uit dat Escher bij zijn reddingsactie ‘zeer selectief te werk ging’, zich
richtte op het meest waardevolle en wel langer dan vijf minuten bezig moet zijn
geweest. Zo valt het op dat alle 136 geredde prenten gesigneerd zijn. Toen een
selectie in 1946 in het Stedelijk Museum werd tentoongesteld, liet Escher zijn
eigen rol bij de redding van het oeuvre onvermeld. Een De Mesquita-prent met de
afdruk van een Duitse soldatenlaars hing hij wel in zijn atelier. Ook Eschers
brief aan Willem Sandberg is afgedrukt waarin hij in de tijd van de
geldzuivering om een onderhoud verzoekt over de tentoonstelling: ‘Liefst vóór 2
October, dan kan ik eenige oude guldens nog voor een treinkaartje benutten.’ Het
resultaat is een indrukwekkend oorlogsdocument waarin geen woord te veel staat.
Willem Keizer, Eschers
redding van Samuel Jessurun de Mesquitas prentenschat. 2015. 19 p. € 25 |
J.M.A. Biesheuvel, Lieve Suus, beste
Maarten. 2015. 5 p. 90 ex. € 15. Uitgaven van de Avalon Pers (Leidse
Slootweg 4, 2481 KH Woubrugge avalonpers@hetnet.nl).
| Eerder gepubliceerd in de rubriek 'Schoon & haaks' in De Parelduiker 21 (2016), nr. 1, pp. 64-66.